Frezen maakt over het algemeen meer indruk dan boren, ruimen of draadsnijden. Een dat is eigenlijk wel logisch, want bij freesbewerkingen zie je de vormverandering aan een werkstuk gestalte krijgen. Daarbij voert de frees de snijdende beweging uit en het werkstuk de aanzetbeweging. Het op de slede opgespannen werkstuk wordt onder en/of langs de constant roterende frees gevoerd. Hierbij treden relatief hoge tot zeer hoge krachten op, die uiteraard hoge eisen stellen aan de stabiliteit van zowel de frezen als de freesmachine.